Gezinsblad
Jan Sepp, ged. te Amsterdam 18 sep 1778, ovl. te Amsterdam 19 dec 1853, beroep(en): insectekundige, boekhandelaar en uitgever, zoon van Jan Christiaan Sepp en Wichertje Wichers Kruijs
Ondertrouwd te Amsterdam 19 okt 1804 met:
Christina Bakker, geb. te Amsterdam ± 1779, ovl. te Amsterdam 21 mrt 1861
1) Wichertje Cornelia Sepp, geb. te Amsterdam 30 aug 1805, ovl. 06 jul 1873
2) Hendrik Albert Sepp, geb. te Amsterdam 08 jun 1807, ovl. te Knollendam 02 nov 1831, beroep(en): menniniet en predikant te Knollendam
3) Maria Elisabeth Sepp, geb. te Amsterdam 30 jul 1808
4) Cornelis Sepp, geb. te Amsterdam 20 sep 1810, ovl. te Amsterdam 31 jan 1868, beroep(en): boekhandelaar, uitgever
de familie Sepp komen oorspronkelijk uit Hildesheim
de eerst Sepp in nederland was Christiaan Andreas Schmidt(Sepp) geb Gosl ar 1710 was koopman, kunstenaar overl Amsterdam.
zv Jan Sepp en Christina Bakker
Jan Sepp was een zoon van Johan en Wichertje Wichers kruijs(geb.?oorn)
Johan was een zoon van Christiaan Andreas Schmidt (Sepp)

Ondertrouwd te Zaandam 20 jun 1841
Gehuwd te Zaandam 01 jul 1841 met:
Hermina Leendertz, geb. te Zaandam 02 jul 1813, volgens Lias is de geboorteplaats Steenwijkerwold, ovl. te Alkmaar 17 mei 1880, woonplaats(en): Alkmaar, Adres , dochter van NN Leendertz en N.N.
5) Kornelia Helena Sepp, geb. te Amsterdam 20 jul 1815, ovl. te Zeist 17 dec 1866
Gehuwd te Zaandijk 23 okt 1842 met:
Dirk de Bruijn, geb. te Zaandijk 10 feb 1815, ovl. te Beverwijk 13 jun 1880, beroep(en): koopman, woonplaats(en): Zaandijk, Beverwijk, Adres Breestraat 266 B'wijk
zoon van Arie en Aaltje Dekker
6) Christiaan Sepp, geb. te Amsterdam 03 apr 1820, ovl. te Wijk aan Zee 10 mei 1890, beroep(en): predikant te Westzaan, Zaandam, Leiden en Amsterdam, kerkhistoricus
[Christiaan Sepp]
Sepp (Christiaan), wiens Nederl. stamvader, uit Goslar afkomstig, zich , na eenig verblijf te Hamburg, te Amsterdam vestigde, werd daar 3 Apri l 1820 geb., ontving er zijne opleiding aan het gymnasium en stud. aan h et seminarium der Doopsgezinden. In 1843 werd hij pred. te Westzaan-Zuid , 1848 te Zaandam Oostzijde, 1854 te Leiden, waar hij 1875 eershalve The ol. Dr. werd. In 1887 legde hij zijn kerkelijk ambt neder en wijdde zic h in zijne geboortestad met zeldzame werkkracht en ongewone gaven aan d e uitgebreidste nasporingen in de historie, voornamelijk van zijn studie vak en zijn kerkgenootschap. Gedurende zijn zomerverblijf te Wijk-aan-Ze e, waar hij tot herstel zijner gezondheid tijdelijk woonde, overleed hi j 10 Mei 1890; hij rust op het kerkhof te Beverwijk; een eenvoudige graf steen dekt hem, den eenvoudigen, geleerden, maar boven alles beminnelijk en man.

Behalve eene menigte art. onder initialen en verschillende psd. in Chris tel. Huisvriend, Doopsgez. Bijdr., Godgel. Bijdr., welke hij van 1855 to t 1866 redigeerde, en andere tijdschr. met zijne bijdragen begunstigde , gaf hij de volgende vertaalde of oorspr. werken: Herinneringen uit he t leven van een hulpprediker, Amst. 1846, (naamloos); Mennonieten en Doo pgez. in Wurttemberg, naar gedrukte en ongedrukte mededeelingen van C. G rneisen, ald. 1848; Bengel, een waardig discipel van den Heer, ald.


Hoofdindex A-Z